Zes jaar geleden, op 14 maart overleed Chiara Lubich (1920-2008). Op 16 maart werd dit door de Focolare beweging herdacht in Nieuwkuijk. De dag stond in het teken van de interreligieuze dialoog, die Chiara zeer ter harte ging. Jarenlang heeft zij zich daarvoor ingezet en veel teweeggebracht. Focolare is een van de kerkelijke bewegingen die in de afgelopen decennia zijn ontstaan binnen de rooms-katholieke kerk. Ahmet Kaya was op uitnodiging van de Focolare beweging aanwezig tijdens deze herdenking. Hij hield namens INS een toespraak over de Islamitisch perspectief op de interreligieuze dialoog.
“Religie en professionaliteit” met imams en pastores.
19 maart 2014
Wat is de maatschappelijke functie van een imam of een pastor? Wat zijn de uitdagingen die zij tegenkomen in de dialoog tussen christenen en moslims? Platform INS en de Katholieke Contactraad voor Interreligieuze Dialoog brachten imams en pastores bijeen om antwoord te zoeken op deze vragen.
Geestelijke leiding
De bijeenkomst begon met een goed verzorgde maaltijd. Tijdens de maaltijd volgde een ronde van kennismaking. Na de maaltijd en het avondgebed (voor de moslimdeelnemers) startte een bijzondere dialoog tussen imams en pastores onder het genot van een kopje koffie en thee. De eerste vragen waren: “Wat houdt uw werk in? Wat ziet u als uw opdracht in het kader van uw functie als imam of pastor? Wat is uw rol binnen uw gemeenschap?”
Er blijken veel overeenkomsten te zijn tussen de functies van een pastor en een imam. Te weten: zorg voor mensen, aanwezigheid bij belangrijke levensmomenten, preken en het vervullen van een voorbeeldfunctie. In de Rooms-katholieke Kerk ligt het leiderschap van de lokale gemeenschap bij de priester. Hij geeft leiding aan het pastorale team, waaronder priesters, diakens en pastoraal werkers. Vroeger moest een pastoor op alles een antwoord hebben. Tegenwoordig staat de pastoor tussen de mensen en vult hij leiderschap op deze manier in.
Ook in de Islam heeft de imam de geestelijke leiding binnen de moskee. Vroeger kwam de imam vaak over uit Marokko of Turkije. Een imam kan op twee manieren leiding geven. Hij voelt zich afhankelijk van het stichtingsbestuur en heeft het laatste het voor het zeggen, of de gemeenschap is verzameld rondom de imam zelf. Door de internettijd is inmiddels de rol van de imam en de pastor veranderd. Bij de katholieken is de plaats waar je woont automatisch jouw parochie. Vanaf de Tweede Wereldoorlog verdween de verbondenheid met deze parochiële territoria langzamerhand. In elke parochie komen mensen uit vele plaatsen. In de Islam ziet men dat jonge moslims voor religieuze vragen niet meer naar de imam gaan, maar eerder uitleg zoeken op het internet. Vaak verbinden zij zich dan aan hun favoriete imam en volgen zij bijvoorbeeld via Youtube zijn preken.
Interreligieuze dialoog
Tijdens het tweede deel van de avond ging het gesprek over de uitdagingen die de deelnemers tegenkomen in de interreligieuze dialoog tussen christenen en moslims. Eerst werd er een voorbeeldinitiatief genoemd. Zo is in Rotterdam het initiatief geweest om de moskeeën samen te laten werken met de kerken en het Oude Wijken Pastoraat. Ook bijeenkomsten in een moskee of kerk zijn belangrijk. “Zo kunnen wij elkaars manier van vieren ervaren en dat leren respecteren.”, zei een pastor. “Wanneer we namelijk niet meer met elkaar praten, blijven we in een cirkel zitten waar we dan niet meer uitkomen. Wel is het een langzaam proces.”, aldus een imam. Natuurlijk hangt het ook veel van de mens af. Vind je de dialoog namelijk belangrijk en kun je je vooroordelen opzij schuiven? Belangrijk is het in ieder geval om als pastor en imam niemand uit te sluiten. De pastores en imams vinden dat het goed is om dit soort zaken in de preek te verwerken. Zodra er iets gebeurt in de samenleving kan dat gauw leiden tot een onderbuik gevoel. Het is goed dat in een preek wordt uitgesproken hoe je hiermee om moet gaan.
Blik op de toekomst
De slotvraag ging over hoe de pastores en imams de toekomst zien. Iedereen was het over eens dat de gebeurtenissen in de samenleving gezamenlijk besproken moeten worden en dat wij als burgers van dit land moeten zorgen voor de maatschappelijke stabiliteit. Tevens is het belangrijk om in situaties zoals met probleemjongeren naast de politie ook geestelijk leiders hierbij te betrekken. De burgemeester zou hiervoor het initiatief moeten nemen. Een andere constatering was dat de contacten tussen moslims en christenen op individueel niveau vaak uitstekend verlopen. Een punt van zorg is wel de verharding tussen de bevolkingsgroepen. We moeten elkaar de vraag stellen hoe gastvrij we eigenlijk zijn.
Aan het eind van de avond zei een deelnemer: “Deze ontmoeting is een goed initiatief geweest, maar nu moet er ook plaatselijk wat gaan gebeuren. Een praktisch punt is het om gewoon afspraken met elkaar te maken, waarbij het initiatief van beide kanten moet komen.” Zo is op deze avond de afspraak gemaakt dat een pastor samen met een groep jongeren een moskee bezoeken en in gesprek gaan met de imam.
Deze bijeenkomst vormde de tweede avond van de serie “Religie en professionaliteit” Het gaat hierbij om ontmoetingen tussen katholieke en moslimprofessionals. Dit om samen na te denken over gedeelde kwesties op het snijvlak van werk, professionaliteit en religie. Tijdens de eerste bijeenkomst gingen katholieke en moslim artsen met elkaar in gesprek.
Op 18 maart vond de laatste luncheon plaats. Eén dag voor de gemeenteraadsverkiezingen werd de ‘kunst van het samenleven’ benaderd vanuit een politiek perspectief. Theorie en actualiteit raakten elkaar hierdoor des te sterker.
Floris Mansvelt Beck, onderzoeker aan het Instituut voor Politieke Wetenschap van de Universiteit Leiden, verzorgt de inleiding met de titel Het integratiedebat. Hij doet verslag van diverse parlementaire debatten over integratie-onderwerpen die hij heeft onderzocht. Hoewel hij het echte integratiedebat gevoerd ziet worden vanaf de roerige periode tussen grofweg 2001 en 2005, ligt volgens Mansvelt Beck het begin van dit debat in de verzuilde samenleving die Nederland tot in de jaren zestig is geweest. Vrijheid betekent dan dat je leeft naar eer en geweten van je eigen zuil, hetgeen Mansvelt Beck gewetensvrijheid noemt, wat onder het politiek liberalisme is te plaatsen. Na dit tijdperk groeit het individualisme en wordt vrijheid opgevat als individuele autonomie, te scharen onder liberaal culturalisme.
Hoewel de samenleving dan ontzuilt, wordt een nieuwe religieuze minderheid steeds zichtbaarder: de islam, vanaf 1991 een politiek thema. De aanslagen van 11 september 2001 hebben volgens Mansvelt Beck alles veranderd en de politieke debatten kenteren dan, wat het begin van het integratiedebat markeert. Mansvelt Beck concludeert dat hierin de twee genoemde opvattingen van vrijheid tegenover elkaar staan. In theorie zijn deze moeilijk verenigbaar, maar in de Nederlandse praktijk hebben beide hun waarde bewezen en allebei zijn ze nog actueel.
Ervaringen
Emiel Colthof, voorzitter van de commissie Integratie & Emancipatie van DWARS, GroenLinkse Jongeren; Peggy Wijntuin, gemeenteraadslid in Rotterdam voor de PvdA; een vertegenwoordiger van de Wiardi Beckman Stichting; en Ahmet Kaya en Nynke van der Veldt van Platform INS, praten hierna samen met Floris Mansvelt Beck over de ‘kunst van het samenleven’.
Dat het integratiedebat nog niet klaar is, zie je bij de gemeenteraadsverkiezingen, waar de vragen over de ‘kunst van het samenleven’ opnieuw terugkomen. Veel mensen lijken trouwens allergisch te zijn geworden voor het woord discriminatie. Binnen verschillende organisaties wordt nagedacht hoe desondanks op een goede manier de problemen met discriminatie en diversiteit onder de aandacht te houden. Diversiteit behandelt niet alleen multiculturaliteit, maar ook vrouwen, jongeren, leeftijdsgroepen, werkplekken enzovoort.
Het verrast dat tweede en derde generatie Surinaamse jongeren, schijnbaar zo’n vanzelfsprekend onderdeel van de Nederlandse cultuur, openstaan voor radicale uitspraken over racisme en discriminatie. Buiten onze waarneming blijkt het toch mis te gaan. Witte Nederlanders, die zich tekort gedaan en niet gerespecteerd voelen, overkomt iets vergelijkbaars. Woede, onzekerheid en frustratie zijn de gevolgen. Er bestaat een gevaar dat anderen dit wel waarnemen en er misbruik van maken. Politici hebben dit onvoldoende door.
Een andere invalshoek is de ‘kunst van het samenleven’ te beschouwen als kleinkunst. Het gaat dan over de manier waarop partners op dezelfde manier de wereld bezien, maar deze tegelijkertijd door de ogen van anderen moeten bekijken bij de opvoeding van hun kinderen. Hier kunnen parallellen met de grote ‘kunst van het samenleven’ worden getrokken. In de maatschappij wordt namelijk een bepaalde visie vaak als juist aangenomen, zonder de moeite te nemen om het door ogen van een ander te bekijken.
Hoop?
De deelnemers putten weinig hoop uit de huidige maatschappelijke situatie. Een positieve ontwikkeling die wel wordt gezien, is het streven naar een participatiemaatschappij, met minder individualisme en meer gemeenschapszin. Maar hoewel velen naar iets verbindends zoeken, is het de vraag of de sterk veranderde en individualistische maatschappij weer terugveranderd kan worden.
Al snel vervallen de deelnemers in het opnieuw benoemen van wat er niet goed gaat. Beeldvorming is zo’n probleem. Velen zien op macroniveau ‘buitenlanders’ als een bedreiging op basis van een beeld dat door de media is gevormd, maar in het persoonlijk leven is er vaak weinig aan de hand. Hiermee wordt niet ontkend dat er wel degelijk problemen bestaan. De slechtste manier om samen te leven is criminaliteit, een “vergiftiger van interetnische verhoudingen”.
Doen
Het benoemen van problemen is normaal gesproken de eerste stap naar het oplossen ervan. Bepaalde groepen migranten missen echter het zelfreinigend vermogen om criminaliteit op te lossen en zaken eerlijk te benoemen. Maar in de maatschappij is dit de afgelopen jaren in niet mis te verstane bewoordingen wel gebeurd. In die botsingen met elkaar, hebben we elkaar ook verkend, alhoewel respect hierbij vaak ver te zoeken was. Het is belangrijk dat men zich realiseert dat respect ontstaat wanneer je mét elkaar aan oplossingen werkt. Niet wanneer over de hoofden van mensen heen iets wordt geregeld.
De Nederlandse samenleving zal moeten leren genoegen te nemen met meer ‘morsigheid’ dan zij zich wellicht wenst. Misschien moet worden geaccepteerd dat niet alles in Nederland perfect geregeld hoeft te worden, dat niet alle problemen opgelost hoeven te worden. Wanneer men elkaar respecteert, moet de samenleving dit op kunnen vangen.
Tot slot
Eensgezind wordt deze bijeenkomst afgesloten, een bijeenkomst waarover iedereen positief is. Men vond het verhelderend, en ook nog eens gezellig.
Een eerste conclusie die na deze serie luncheons kan worden getrokken, is dat de formule van een gezamenlijke lunch met gedreven deskundigen, gevolgd door een lezing en gesprek in een ontspannen sfeer, een juiste manier is om open en constructief van gedachten te wisselen. Uitgebreidere verslagen van de vijf luncheons uit deze serie zullen worden gebundeld en op een nog nader te bepalen moment verschijnen.
Bettina J. Mulder
22 maart 2014
In januari en februari 2014 organiseerde Platform INS drie introductielezingen over Fethullah Gülen, zijn gedachtegoed en de Gülenbeweging. Op 20 februari vond de derde lezing plaats. Bekijk hier de foto’s.
In januari en februari 2014 organiseerde Platform INS drie introductielezingen over Fethullah Gülen, zijn gedachtegoed en de Gülenbeweging. Op 6 februari vond de tweede lezing plaats. Bekijk hier de foto’s.