James Harrington* gaf een boekpresentatie in Rotterdam tijdens zijn bezoek aan Nederland, om de Nederlandse vertaling van zijn boek te promoten: “Worstelen met vrijheid van meningsuiting, godsdienstvrijheid en democratie in Turkije – de politieke processen en de tijd van Fethullah Gülen”. Er waren ongeveer 150 belangstellenden aanwezig om het verhaal van Harrington te horen. Het publiek bestond uit een mix van jong en oud, zowel studenten als professionals.
Harrington startte de avond met een inhoudelijke samenvatting van het boek.
Antropoloog en vredesactivist Hans Feddema** reflecteerde hierop en gaf zijn visie op de relatie tot de Nederlandse context. Na de twee presentaties was er de mogelijkheid voor het publiek om vragen te stellen aan beiden.
Harrington vertelde hoe hij als mensenrechtenactivist geïntegreerd was geraakt door het rechtsproces van Gülen dat in Turkije had plaatsgevonden. Volgens hem gaat het vooral over het spanningsveld tussen godsdienstvrijheid en vrijheid van meningsuiting.
In zijn onderzoek is Harrington een bijzonder fenomeen tegengekomen, dat hij omschrijft als de ‘witte Turken tegenover de zwarte Turken’. Hiermee bedoelt hij de gevestigde orde van de oudere generatie uit Istanbul en Ankara (witte Turken) versus de nieuw opkomende middenklasse uit het Anatolische gedeelte van Turkije (zwarte Turken). Hij geeft aan dat de ‘witte Turken’ geen macht en rijkdom willen delen met ‘zwarte Turken’. In deze machtsstrijd is er een lastercampagne gestart tegen Gülen om hem en de mensen die door hem geïnspireerd worden te stoppen om ook te stijgen in de maatschappij. Eén van de voorbeelden van de aanklachten tegen Gülen in het proces die Harrington hiervoor gaf was dat Gülen door middel van infiltratie in de politie meer macht en controle zou willen hebben in de staat. Harrington vergelijkt dit met politieagenten in Amerika die een katholieke achtergrond hebben. ‘Omdat zij een katholieke achtergrond hebben, betekent het toch ook niet dat zij de Amerikaanse staat willen omverwerpen naar een katholieke staat’.
Volgens Harrington speelden mediamagnaten – oude garde behorend tot de ‘witte Turken’ – een grote rol bij het rechtsproces. Tijdens het proces werd vaak uitgegaan van uitspraken en artikelen in de media, waarbij helemaal geen feiten aangehaald werden. De media en de aanklagers speelden op het sentiment ‘waar rook is, is vuur’. Gülen werd aangeklaagd omdat hij het artikel 146 van het Turkse Wetboek van Strafrecht zou hebben overtreden. Dit artikel betekent dat het ‘strafbaar is om te proberen de seculiere constitutionele structuur van het land te vervangen door een systeem dat is gebaseerd op religie’ (Harrington 2012: 105). Gülen is hiervan diverse malen beschuldigd, maar ook iedere keer weer vrijgepleit door de Turkse gerechtshoven.
Harrington sloot zijn presentatie af met een citaat van Naom Chomsky over Turkije: ‘I know of no other country where leading writers, artists, journalists, academics and other intellectuals have compiled such an impressive record of bravery and integrity in condemning crimes of the state, and going beyond to engage in civil disobedience to try to bring oppression and violence to an end, facing and sometimes enduring severe repression, and then returning to the task.’ (From ‘Remembering Howard Zinn’, Resist Newsletter, maart-april 2010).
Vervolgens gaf Hans Feddema zijn visie op het boek. De kern van zijn speech
spitste zich vooral toe op het gezegde dat ‘grote geesten argwaan oproepen, zeker als ze gestalte geven aan een beweging’. Dit is hoe hij de situatie ziet van wat zich in Turkije afgespeeld heeft en nog steeds afspeelt, maar ook hoe in Nederland aangekeken wordt tegen Gülen. De ideeën van Gülen worden door sommige mensen als storend of bedreigend gezien. Een van deze ideeën is het aangaan van dialoog met verschillende mensen. Deze dialoog heeft inmiddels veel bijgedragen aan de beeldvorming in Nederland over Turkije. Feddema gaf aan dat het ‘een must is voor iedereen in Nederland het boek van Harington te lezen’ om de huidige situatie in Turkije beter te begrijpen.
Deze aanbeveling sluit ook aan bij de woorden die Michael E. Tigar (emeritus hoogleraar recht aan de Duke Law School en emeritus hoogleraar Recht aan de Rechtenuniversiteit in Washington) in het voorwoord schreef. Volgens hem heeft het boek van Harrington bijgedragen aan meer ‘inzicht en begrip’ voor wat er zich in Turkije heeft afgespeeld. Hij ziet een strijd tussen ‘de seculiere en religieuze elementen in Turkije’ en vindt dat Amerika hier veel lessen kan leren voor het eigen binnen- en buitenlandse beleid.
Tijdens de vraag- en antwoord-ronde werden diverse vragen gesteld, zowel aan Harrington als aan Feddema.
Zo was er een kritische vraag over de objectiviteit van Harrington bij het schrijven van zijn boek. Harrington gaf aan dat hij al 40 jaar actief is om mensenrechten wereldwijd onder de aandacht te brengen, waarbij hij ook talloze malen zijn eigen regering (VS) kritisch besproken heeft. Zijn aanpak bij het schrijven van dit boek was niet anders, hij zei te hopen dat zijn lange staat van dienst vertrouwen geeft over de kwaliteit van zijn werk.
Daarnaast wordt volgens Harrington wat hij zegt onderschreven door vele prominente figuren in de VS. Hij vertelde dat hij opgroeide in een milieu waar islamkritiek hoogtij vierde en islam slechts geassocieerd werd met Iran. Turkije en de Turkse moslims kende men nog niet. Tegenwoordig heerst dat beeld nog steeds veel in VS, maar er komt verandering in. Vanuit zijn conservatieve thuisstaat Texas werden veel kennismakingsreizen naar Turkije georganiseerd. Duizenden bezochten Turkije en leerden daar de meer gematigde Turkse islam kennen. Toen op enig moment veel kritiek op de Gülen geïnspireerde scholen in Texas opkwam, hadden veel mensen, waaronder politici, vanuit eigen ervaring al een ander beeld. Zij legden de verwijten over de scholen naast zich neer en geloofden de negatieve verhalen niet. De scholen zijn door hun hoge kwaliteit nog steeds immens populair in Texas, met lange wachtlijsten van Amerikanen van alle achtergronden.
Aan Hans Feddema werd de vraag gesteld of hij overeenkomsten ziet tussen
de lastercampagne tegen Gülen in Turkije, zoals Harrington die beschrijft, en de situatie in Nederland. Volgens Feddema heeft de oude elite in Turkije veel contacten in Europa. Zij zijn in het westen het gezicht van Turkije voor vele media. Zij hebben daarom een sterke invloed op de publieke opinie, tevens over Gülen. Dat gebeurt volgens hem in zekere zin dus ook in Nederland.
Vervolgens stelde iemand uit de zaal een vraag over de huidige grondwet in Turkije. Harrington legde uit dat de huidige grondwet is geschreven door de generaals na de coup van 1980. Vandaag de dag is die grondwet nog steeds niet veranderd. “Echter heb ik geen ander land gekend dat binnen vijftien jaar zo’n democratische verandering meemaakte. Maar: de AK partij moet opschieten met het maken van een nieuwe grondwet, want ze blijven niet eeuwig aan de macht.”
Transparantie van de Gülenbeweging was een ander issue tijdens deze avond. Harrington gaf een voorbeeld over een ondernemer in Izmir (Turkije) die hem vertelde dat hij financieel steun verleende aan de bouw van een nieuw school in Nigeria, terwijl een andere ondernemer uit Izmir een initiatief in Ghana ondersteunde. Op zijn vraag wie bepaalde waar de hulp naar toe gaat, gaf de ondernemer aan dat zij daar in Izmir regelmatig onderling over overleggen. “Dat laat zien hoe het vrijwilligerswerk wordt voorgezet op een transparante manier en zonder de bemoeienis van een centrale figuur zoals dat vaak wordt voorgesteld.”
Hans Feddema sloot af met een advies aan de aanhangers van de beweging: ‘Wees trots op de soefi gedachten van de beweging, wees jezelf en blijf de dialoog en educatie voorop stellen in je leven. Nederlanders zullen vroeg of laat de beweging als voorbeeld nemen.’
Bestellen
Het boek is te bestellen via Platform INS voor 18 euro 50 (excl. verzendkosten). Voor meer informatie of bestellen: info@platformins.nl
*Over James C. Harrington
James
C. Harrington is een mensenrechtenadvocaat met bijna veertig jaar ervaring. Hij is oprichter en directeur van het Texas Civil Rights Project. Hij doceert al vijfentwintig jaar aan The School of Law, University of Texas in Austin, VS. Harrington heeft belangrijke burgerrechten cases behandeld en schrijft en publiceert op grote schaal. Hij heeft gewerkt in mensenrechtendelegaties in verschillende gebieden van de wereld.
**Over Hans Feddema
Hans Feddema is antropoloog, oud-docent niet-westerse sociologie aan de VU en vredesactivist. Hij is medeoprichter van GroenLinks en initiatiefnemer van De Linker Wang, de landelijke religiewerkgroep van GroenLinks. Hij publiceert regelmatig (zie ook www.hansfeddema.nl).
Datum: 27 april 2012
Spreker: James Harrington en Hans Feddema
Locatie: Rotterdam
Aantal deelnemers: 150
[nggallery id=41]